11. De grote overstroming in de nacht van 13 op 14 januari 1916 was iets uitzonderlijks. Door een gat in de zeedijk aan het einde van de Meentweg (bij huisnummer 125) liep ook de Noordpolder te Veen onder. Dit gat trachtte men tevergeefs met het schip van Kuiper te dichten. De toenmalige burgemeester, Rutgers van Rozenburg, werd voor zijn ijver bij de hulpverlening bij de ramp onderscheiden met de Watersnoodmedaille. Peter "de petrolieboer" kon overigens na iedere overstroming zijn oliekannetjes met een bootje uit het water gaan opvissen.